Van hopeloos naar hoopverlener
Het is geen gemakkelijke openingsvraag om te beantwoorden: Wie ben je en wat drijft je? Maar Vicky Bergman heeft er geen enkele moeite mee en brandt meteen los: “Gebruik er maar van wat je nodig hebt, dit is mijn verhaal.”
Deze foto is gemaakt door Jerry van den Berg.
Haar lievelingscijfer is een 8. Dat staat op Vicky’s been getatoeëerd. Bij een 8 komt alles weer bij elkaar, weer samen. Vicky zette de stichting Samen één op. Een plek waar eigenlijk alles samenkomt als het gaat om welzijn voor de Gorcumers. Ze werkt daarvoor met iedereen samen, van de gemeente tot Rozenobel, met huisartsen tot stichting Boukie. Met als doel: ruimte creëren voor de medemens door het leggen van contacten, adviezen geven of steun bieden. Samen één is een centrale plek voor mensen in nood waar ze een helpende hand krijgen. Het soort hand die Vicky zelf zo hard nodig heeft gehad.
Boek ‘Doorbroken taboes’
Dit artikel is qua ruimte veel te beperkt om Vicky d’r hele verhaal in kwijt te kunnen. Dat hoeft ook niet, want ze heeft een boek geschreven: ‘Doorbroken taboes’. Dat is in de winkel te koop en hier gratis te downloaden. Het boek gaat over een meisje, een jonge vrouw. Seksueel misbruik, kinderporno, extreem geweld, ontvoering, een sekte. Een autobiografisch boek over Vicky zelf, want het gaat over wat ze allemaal heeft meegemaakt. Het is ook een hulpboek over hoe zij ontstane persoonlijkheidsstoornissen overwon en ervaringsdeskundige werd.
Het begon bij het begin al eigenlijk helemaal verkeerd. Haar moeder wilde, na een dochter, graag een zoon. Maar kreeg een tweeling onder wie een meisje, Vicky. Op jonge leeftijd werd ze al misbruikt (niet door haar vader, die was juist wel heel lief tegen haar), waardoor ze ging dissociëren. Haar moeder vond haar maar een rare, en schaamde zich voor Vicky. Haar ouders gingen scheiden toen ze acht was. Armoede.
Vuilnisbakkinderen
“Ze noemden ons vuilnisbakkinderen. We zwierven over straat. Ik heb zelfs kattenbrokken gegeten. Met haar nieuwe Afrikaanse man kreeg mijn moeder ook nog kinderen, dat waren halfbloedjes. Mijn halfzusje heet Fatou maar men noemde haar vaatdoek, dus ja, ook discriminatie.”
En het duurt nog wel even voordat het beter wordt. Op haar achttiende kreeg ze een flatje en werd pleegmoeder voor haar (half)zusjes -en broers. Maar ze haalde ook de verkeerde mensen in huis. Ze vluchtte voor een crimineel, naar Israël, kwam daar in een sekte terecht. Weer gevlucht, gehersenspoeld, Amerika, weer een sekte, misbruikt…
Wit huis
Lang verhaal kort: op haar dertigste kwam Vicky terecht in een blijf-van-mijn-lijfhuis in Nederland. Daar vroeg een hulpverlener haar: ‘Wie ben jij en wat wil jij?’ “En toen stond alles stil. Wat wil ik? Ik wil leren wat het is om van mezelf te houden. Ik wil weten wie ik ben. Ik wil niet meer bang zijn. Niet meer vluchten. Ik wil gelukkig worden of zijn. Toen ben ik begonnen om hulp te zoeken: van opname tot therapie. En ik had vrijwel direct een wens: een wit huis, van waaruit ik mensen kan helpen.”
We slaan een heleboel en een lange periode in tijd en ervaringen over. Vicky is nu 54 jaar, 22 jaar gelukkig getrouwd en heeft een zoon van 18. Vlak voordat haar moeder stierf, hadden ze nog een goed gesprek. En haar vader is na een tijd afwezigheid ook weer terug in haar leven. De vriendin die ze had toen ze vijf was, Anita, is nog steeds haar beste vriendin. En Stichting Samen één is sinds 2019 gevestigd aan de Voermanstraat 2 in een… wit huis.
Hoopverlener
De vraag die die ene hulpverlener destijds stelde, waar ze toen geen antwoord op had, beantwoordt ze nu met: “Wie Vicky is? Liefde. Liefde in mezelf. Ik voel zoveel liefde. Ook om mensen hoop te geven. Van daaruit ben ik een hoopverlener. Ik verleen hoop. Ik voel mij een wandelend, levend boek. Een hoopvol boek. Een good movie eigenlijk.”
Hoop betekent voor Vicky: een dag niet gelachen is een dag niet geleefd. “Dus elke dag probeer ik er iets moois van te maken. En elke dag is een nieuwe dag. Met nieuwe kansen. Zit je ergens mee? De eerste stap is om te gaan praten. Vertel je verhaal aan iemand die je vertrouwt. Kom je bij mij? Dan zal ik je dezelfde vraag stellen als de vraag die mijn leven ten goede op z’n kop heeft gezet: Wie ben je en wat wil jij?”
gepubliceerd op 1 maart